Het hof was oorspronkelijk in het bezit van het aartsbisdom Keulen. Het was een bedrijfshof van de cisterciënzers abdij Altenberg vanaf 1133 en werd uitgebreid door schenkingen van Heinrich van Stahleck. Vanaf het jaar 1496 werd het goed verpacht. Het beheer van het gehele kloosterbezit bleef echter in handen van een kloosterbroeder, die zijn zetel in Petersacker had. Het bedrijfshof beheerde wijngaarden en velden in Oberdiebach en Niederheimbach. Zelfs in het jaar 1806 telden de wijngaarden 86.850 wijnstokken, die ten gunste van de Franse schatkist werden verkocht. Bij het landgoed hoort de vroeg-gotische hofkapel uit het midden van de 13e eeuw, het laat-classicistische woonhuis van 1840, de gotiserende wegkapel van 1895, de voormalige stallenloods en het pomphuis van 1914, evenals een vakwerkhuis van 1826 met vakwerkschuur. Tegenwoordig wordt het hof voor woondoeleinden gebruikt en is het niet openbaar toegankelijk.